De wijk Testaccio is voor de meeste toeristen in Rome nog onontgonnen terrein. Toch is deze buurt een bezoek meer dan waard, zowel voor kunstliefhebbers als voor lekkerbekken!
Tijdens de bloeiperiode van het Romeinse Rijk bevond zich op de plek waar nu Testaccio ligt de Porticus Aemilia, de binnenhaven van Rome. Hier werden vanuit Ostia, de haven aan zee, enorme kruiken met Spaanse olijfolie aan land gebracht. De olijfolie werd door de havenarbeiders overgedaan in kleinere vaten die gemakkelijker te vervoeren waren. Als de grote amforen waarin de olie was aangekomen geleegd waren, werden ze vernietigd. De kruiken waarin de olie was aangevoerd mochten namelijk slechts eenmalig gebruikt worden, aangezien de olijfolie in de poreuze terracotta kruiken snel bedierf.
Een decreet bepaalde daarom dat de gebruikte oliekruiken in stukken moesten worden stuk geslagen en op een grote hoop moesten worden gegooid. Deze hoop groeide in de loop der jaren uit tot een enorme berg, die door de inwoners van de wijk ook wel de Monte dei Cocci (Schervenberg) werd genoemd.
De oude voorraadruimten die in de berg werden uitgehouwen maken nu deel uit van Testaccio Village, een verzameling clubs, bars en restaurants die zich in en om de grotten hebben gevestigd en die een deel van de wijk ’s avonds veranderen in één groot uitgaanscentrum. ’s Zomers worden hier ook veel openluchtconcerten en festivals georganiseerd.
Maar Testaccio is meer dan het uitgaanscentrum van de stad. De wijk kent een groot aantal verborgen juweeltjes, zoals het protestantse kerkhof, twee musea voor moderne kunst, MACRO Future en Centrale Montemartini en de piramide van Caius Cestius. In de wijk vind je sinds kort ook een overdekte markthal, Mercato di Testaccio, met een keur aan verse groente en fruit, zoals courgettes, artisjokken, tomaten en puntarelle, een typische Romeinse groente. En verder de lekkerste vleeswaren, kazen en gebakjes.